• Contact
  • Direct contact
    Stel uw vraag
BAA
  • Diensten
    • Financiële administratie
    • Salarisadministratie
    • Jaarrekening, controles en rapportage
    • HRM
    • Ondernemingsadvies
    • Fiscaal advies
  • Over BAA
    • Medewerkers
    • Werken bij BAA
    • Sponsoring
  • Kennis
    • Artikelen
    • Inschrijven nieuwsbrief
  • Menu Menu
U bevindt zich hier: Home1 / Belastingbesparing

Berichten

Directe belastingbesparing door de OR, maar let op

5 november 2021/in Artikelen /door Pieter van Lieshout

De oudedagsreserve (OR) (voorheen genoemd fiscale oudedagsreserve FOR) kan een prima regeling zijn voor zelfstandigen om een pensioen op te bouwen. Er zitten wel wat addertjes onder het gras. We hebben voor u de belangrijkste aandachtspunten op een rij gezet.

De OR …

Als ondernemer voor de inkomstenbelasting mag u jaarlijks een deel van de winst reserveren voor uw oudedagsvoorziening. Deze voorziening noemen we de oudedagsreserve (OR). Wanneer u zo’n OR vormt betekent dat niet dat u daadwerkelijk geld opzijzet, maar dat u een deel van de winst reserveert. De vorming van de OR komt namelijk in mindering op uw winst waardoor u minder belasting betaalt en het u direct belastingvoordeel oplevert.

OR-voorwaarden

Zoals voor alle regelingen, zijn er voor de OR een aantal voorwaarden van toepassing:

  • u moet ondernemer zijn voor de inkomstenbelasting;
  • u moet voldoen aan het urencriterium; en
  • u heeft aan het begin van het kalenderjaar de AOW-leeftijd nog niet bereikt.

De opbouw van deze reserve

Elk jaar kunt u kiezen of u wilt toevoegen aan de OR. De toevoeging aan de OR is een verplicht percentage van de winst (2021: 9,44%) met een maximum van € 9.395 (2021). De ondernemer mag dus niet een willekeurig bedrag toevoegen aan de OR. Let op! De OR mag door de toevoeging niet boven het ondernemingsvermogen uitkomen.

Voorbeeld
De winst van onderneming A bedraagt € 40.000 en de toevoeging aan de OR is
9,44% x € 40.000 = € 3.776.
De winst van onderneming B bedraagt € 110.000 en de toevoeging aan de OR is
9,44% x € 110.000 = € 10.384; maar afgetopt tot € 9.395.

Afname of vrijvallen van de oudedagsreserve

Soms kan de OR worden verminderd of zelfs worden opgeheven.

Een lijfrente kopen. Stel, u koopt een lijfrente als een inkomensvoorziening. Zoals u wellicht weet mag u de premie in mindering brengen in uw aangifte. De uitkering is te zijner tijd dan belast. U kunt er echter ook voor kiezen om de premie niet af te trekken, maar in de aangifte voor hetzelfde bedrag de OR te laten afnemen.

OR hoger dan ondernemingsvermogen? Als het bedrag van de oudedagsreserve hoger is dan het ondernemingsvermogen en zich een of meerdere van de volgende situaties voordoen, valt de OR vrij en valt deze verplicht in de winst:

  1. u staakt de onderneming geheel of gedeeltelijk;
  2. u hebt op 1 januari van het kalenderjaar de AOW-leeftijd bereikt; en/of
  3. u voldoet dit kalenderjaar en het vorige kalenderjaar niet aan het urencriterium.

Doet zich situatie 2 of 3 voor en u hebt dit tijdig in de gaten, dan kunt u de afname van de OR voorkomen door voor het einde van het desbetreffende kalenderjaar een kapitaalstorting in de onderneming te doen.

Voorbeeld
Ondernemer A bereikt op 31 december 2021 de AOW-leeftijd maar wil de onderneming ook nog na de AOW-leeftijd voortzetten.
Het vermoedelijke eigen vermogen per eind 2021 in de onderneming bedraagt € 3.440. De Oudedagsreserve bedraagt € 15.173.
Zonder extra kapitaalstorting is de oudedagsreserve in 2021 verplicht afgenomen met € 11.733 (het verschil tussen de OR en het ondernemingsvermogen).
Als ondernemer A nu nog voor het einde van het jaar 2021 een bedrag van € 12.000 als kapitaal stort in de onderneming, bedraagt het ondernemingsvermogen € 15.440.
Er is nu geen sprake meer van een verplichte afname omdat het ondernemingsvermogen groter is dan de OR.

De voordelen van de OR

Het voornaamste voordeel blijft het uitstel van belastingheffing en het eventuele tariefvoordeel. Door toevoegingen aan de OR verlaagt u ook uw belastbare inkomen. Dit kan weer gunstige gevolgen hebben voor andere inkomensafhankelijke regelingen zoals de arbeidskorting, algemene heffingskorting, toeslagen en inkomensafhankelijke aftrekposten.

Voorbeeld
De winst van uw onderneming is € 80.000. Hiermee valt u in de hoogste belastingschijf van 49,5%. Als u 9,44% van de winst (= € 7.552) toevoegt aan de OR, bespaart u hiermee direct ca. € 3.200 (€ 7.552 x 49,5% x 86%) inkomstenbelasting (86% i.v.m. 14% MKB winstvrijstelling en geen rekening houdend met overige inkomensafhankelijke regelingen).

Alle latere uitkeringen zijn dan bij u belast tegen het dan geldende tarief. Valt u met uw inkomen op dat moment bijvoorbeeld als AOW’er in de laagste schijf, dan betaalt u slechts ca. 20% inkomstenbelasting. Behalve het directe belastingvoordeel kan het dus ook tariefmatig een voordeel opleveren.

En de nadelen van de OR

Het grote nadeel van de OR is dat u een belastingclaim aan het opbouwen bent en dat wordt nog wel eens vergeten. Er komt een moment dat de OR vrijvalt en dat er afgerekend moet worden. Als de liquiditeiten er dan niet zijn of als deze ‘in de stenen zitten’, dan kan dit grote problemen opleveren. U heeft dan dus voldoende vermogen nodig (ondernemings- of privévermogen) om de belastingschuld te kunnen voldoen.

Ook kan tariefmatig een nadeel ontstaan. Stel, u trekt jaarlijks de toevoeging aan de OR af tegen het tarief in de eerste belastingschijf (2021: 37,10%). Op een gegeven moment valt het gehele saldo van de OR vrij en wordt deze bij uw jaarwinst opgeteld. Hierdoor komt u in de hoogste belastingschijf (2021: 49,5%).

Bijzondere situaties

Staken van de onderneming. Als de onderneming wordt gestaakt wordt de OR opgeheven. De bedragen waarover u uitstel van belastingheffing heeft gekregen, worden nu bij uw winst opgeteld en belast.

Overlijden van de ondernemer. Bij overlijden moet er eveneens afgerekend worden over de OR. Deze wordt dan opgeheven en wordt bij de belastbare winst opgeteld. Heeft u een partner en hij of zij zet uw onderneming voort, dán kan hij of zij de OR overnemen zonder dat er hoeft te worden afgerekend.

Wel of niet toevoegen?

Deze vraag blijft lastig te beantwoorden. Op jongere leeftijd is kiezen makkelijker dan naarmate het tijdstip om te stoppen met ondernemen dichterbij komt. Doteren (toevoegen) is in elk geval aantrekkelijk, als de toevoeging tegen een hoger tarief kan worden afgetrokken dan waartegen de latere vrijval waarschijnlijk zal worden belast en als u later de OR wilt omzetten naar een lijfrente- of bankspaarproduct en de uitkeringen hieruit minder zwaar belast zullen zijn dan de aftrek door de toevoeging aan de OR nu.

BAA ADVIES. Of toevoegen (doteren) aan de OR gunstig voor u is, hangt helemaal van uw persoonlijke situatie af. Bespreek uw actuele situatie, uw toekomstverwachtingen en wensen jaarlijks met uw adviseur. Zoals altijd helpen wij u graag verder met het maken van de juiste keuzes.
https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/11/werknemers-participatie.jpg 200 300 Pieter van Lieshout https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Pieter van Lieshout2021-11-05 07:44:212022-04-12 12:32:38Directe belastingbesparing door de OR, maar let op

Belastingbesparing via een agiostorting? Let op de valkuilen!

5 februari 2020/in Artikelen /door Jasper Werts

Er zijn verschillende doeltreffende manieren om een hoge belastingdruk te voorkomen. Een agiostorting is er zo een. Dat kan doeltreffend zijn, maar alleen als u zich wel aan de spelregels houdt.

De spaar-BV

We beschreven al eerder de spaar-BV als manier om meer rendement op uw spaargeld te behalen. De veranderende fiscale tarieven in de inkomsten- en vennootschapsbelasting spelen hierin namelijk een belangrijke rol.

Goed en tijdig vermogen inbrengen. Het is echter van groot belang dat het vermogen goed en tijdig in de BV wordt ingebracht. Bij het overhevelen van banktegoeden naar de BV verdwijnt dit vermogen weliswaar uit box 3 maar daarvoor ontstaat een vordering op de BV in box I. Over deze vordering moet de BV rente vergoeden die bij de directeur-grootaandeelhouder in box I tegen het progressieve tarief is belast.

Een agiostorting

De storting van agio is dan een oplossing. Agio is eigen vermogen voor de BV en leidt niet tot een vordering waarover de directeur-grootaandeelhouder in box I belasting is verschuldigd. Het agio is het meerdere (ook wel premie) boven de nominale waarde van een aandeel van een Naamloze of Besloten Vennootschap. Het is dus het verschil tussen de nominale waarde en de waarde die moet worden betaald voor het aandeel. De nominale waarde van een aandeel is in de statuten van de vennootschap opgenomen.

Haken en ogen aan de agiostorting

Er zitten echter ook enkele haken en ogen aan de agiostorting. Als dit niet tijdig gebeurt, is er mogelijk alsnog sprake van privévermogen. Over dit privévermogen dient u op peildatum 1 januari ‘gewoon’ inkomstenbelasting te betalen. En dat is nu net wat moet worden voorkomen.

Hoge Raad: timing agiostorting is van belang

Wat speelde er? Dat de timing van de agiostorting belangrijk is, blijkt uit een uitspraak van de Hoge Raad van 12 juli 2019. De belanghebbende richtte op 31 december 2012 een BV op en stortte vervolgens op dezelfde dag een bedrag van € 1.500.000 als agio op de derdenrekening van de notaris. De notaris stortte dit bedrag op 21 januari 2013 door naar de rekening van de opgerichte BV.

De inspecteur. De inspecteur van de Belastingdienst was van mening dat de € 1.500.000 op 1-1-2012 tot het vermogen van belanghebbende behoorde en er dus inkomstenbelasting over geheven moest worden. De inspecteur was van mening dat noch uit statuten of oprichtingsakte noch uit een andere overeenkomst bleek dat belanghebbende verplicht was een bedrag van € 1.500.000 aan agio te storten in de BV. Belanghebbende verklaarde dat het de bedoeling was ten tijde van de oprichting om het bedrag als agio in te brengen in de BV. Door het ontbreken van een bankrekening was dit niet eerder dan 21 januari 2013 mogelijk.

Het Hof gaf de inspecteur gelijk. Het Hof Den Bosch gaf de inspecteur gelijk. De agiostorting had het vermogen van belanghebbende niet verlaten. De agiostorting bleek namelijk niet uit de oprichtingsakte, statuten of een andere overeenkomst. Het enkel overmaken van bedragen als agiostorting naar de derdenrekening van de notaris leidde er niet toe dat het bedrag het vermogen had verlaten.

De Hoge Raad was het met het Hof eens. Ook de Hoge Raad ging in hoger beroep mee in het oordeel van het Hof. De Hoge Raad gaf zelfs aan dat belanghebbende geen afdwingbare verplichting had aanvaard om het op de derdenrekening van de notaris gestorte bedrag aan de BV te voldoen. Hierdoor was belanghebbende de enige rechthebbende van het bedrag van € 1.500.000 en had het zijn vermogen nooit verlaten. De Hoge Raad oordeelde dan ook dat het bedrag op 31 december 2012 nog geen box-2 vermogen was maar meegenomen diende te worden in de rendementsgrondslag van box 3.

De conclusie

Het feit dat de betaling aan de derdenrekening (de notaris) onverplicht was, zorgde ervoor dat het gestorte geld nog steeds van de belanghebbende was. Had men in de oprichtingsakte wel een stortingsverplichting voor agio of te plaatsen aandelenkapitaal opgenomen, dan was dit anders.

BAA ADVIES. Vermogen overbrengen naar een spaar-BV kan een slimme zet zijn, mits het goed en tijdig gebeurt.

https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/12/belastingbesparing-agiostorting.jpg 200 300 Jasper Werts https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Jasper Werts2020-02-05 15:15:202021-12-05 15:16:51Belastingbesparing via een agiostorting? Let op de valkuilen!

Categorieën

  • Vacatures (4)
  • Artikelen (285)

Laatste nieuws

  • Meer rust en zekerheid met financiële planning6 februari 2023 - 12:06
  • Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde of voor onbepaalde tijd?6 februari 2023 - 08:50
  • Vergeet de (gewijzigde) renseigneringsverplichting niet!6 februari 2023 - 08:45
  • Lof der zotheid: het energiedebat in de Tweede Kamer31 januari 2023 - 14:17
  • Administratieve topperAdministratief toptalent16 januari 2023 - 09:16
  • Het DGA-loon vanaf 1 januari 20236 januari 2023 - 09:55
  • Pensioen voor zzp’ers/ondernemers in de nieuwe pensioenwet6 januari 2023 - 09:21
  • DGA arbeidsongeschikt in 2023: wat nu?6 januari 2023 - 09:15
  • Veiligstellen jubelton voor 2023 en 20245 december 2022 - 12:36
  • Een vakantieauto van de zaak: geen, enkele of dubbele bijtelling?5 december 2022 - 11:40

Wat mogen we voor u ontcijferen?

Heeft u een concrete vraag of wilt u gewoon eens met ons kennismaken?
Wij kijken uit naar uw mailtje of telefoontje!

In onze nieuwsbrief delen onze professionals kennis en inzicht. Zo blijven onze klanten voorlopen op de feiten.

0493 - 69 52 98 info@baa.nl
Inschrijven nieuwsbrief
lid van Noab

Postbus 122
5720 AC Asten
Julianastraat 2
5721 GL Asten

Algemene voorwaarden | Privacy statement & cookies | Disclaimer

Scroll naar bovenzijde