Een op de twee ondernemers kan met vergoedingsrechten te maken krijgen
Er zijn van die dingen waarvan je liever niet op de hoogte bent. Je kunt tenslotte niet alles weten en in de gaten houden. Vergoedingsrechten is zoiets. Toch is er best een grote kans dat u ermee te maken krijgt. Wat zijn vergoedingsrechten en wat moet u weten?
Wie krijgt hiermee te maken?
Bij weinig mensen zal direct een belletje gaan rinkelen. Toch kunnen veel mensen er vroeg of laat mee geconfronteerd worden. In heel veel situaties speelt dit al, maar meestal komt dit boven water bij een echtscheiding. Op basis van statistische gegevens strandt één op de drie huwelijken en bij gehuwde ondernemers ligt dit nog hoger: één op de twee.
Hoe ontstaan vergoedingsrechten
Vergoedingsrechten ontstaan tijdens een huwelijk of een samenwoonperiode als de ene partner privévermogen investeert in privévermogen van de ander of als de ene partner meer privévermogen investeert in het gezamenlijk vermogen dan waartoe hij op basis van het huwelijksgoederenrecht verplicht is.
Vaak is hiervan sprake als de ene partner meer in een woning investeert dan waartoe hij/zij op basis van de eigendomsverhouding verplicht is, of als bijvoorbeeld de partner van een ondernemer geld leent aan de ondernemer voor de aankoop van aandelen van een BV.
Vergoedingsrechten bij scheiding
Heeft de ene partner meer geld geïnvesteerd (in bijvoorbeeld de woning of een BV) dan zal dit bij echtscheiding terugbetaald moeten worden. Al sinds 1 januari 2012 wordt het terug te betalen bedrag berekend op basis van de zogenaamde beleggingsleer (artikel 1.87 Burgerlijk Wetboek). Degene die het geld heeft geïnvesteerd heeft recht op een deel van de waardestijging of waardedaling van het goed waarin is geïnvesteerd.
Heeft de transactie echter vóór 1 januari 2012 plaatsgevonden, dan moet gewoon het verstrekte bedrag worden terugbetaald (nominaliteitsleer).
Voorbeeld
Jan en Anne zijn gehuwd, de woning (€ 300.000) en de hypotheek (€ 150.000) staan op naam van Jan. In 2010 wint Anne een geldprijs in de loterij van € 30.000. Dit bedrag wordt gebruikt voor het aflossen van een deel van de hypotheek. In 2015 gaan Jan en Anne scheiden. Anne heeft recht op een extra bedrag van € 30.000.
Berekening vergoedingsrechten in drie situaties
Het geïnvesteerde bedrag moet bij huwelijken en transacties ná 1 januari 2012 bij een echtscheiding dus volgens de beleggingsleer worden berekend. Dat pakt bij de volgende drie situaties echter steeds anders uit.
1. Vergoedingsrechten bij de aankoop van een woning
Piet (32 jaar) en Harrie (36 jaar) zijn gehuwd. Om optimaal gebruik te kunnen maken van de vrijstelling van de overdrachtsbelasting voor starters koopt Piet in 2021 in zijn eentje een woning voor € 375.000. Harrie heeft echter een zogenaamde jubelton van € 100.000 ontvangen van zijn ouders en investeert dit bedrag in de aankoop van de woning van Piet.
In het jaar 2028 loopt het allemaal anders dan gepland en Piet en Harrie gaan scheiden. De woning heeft dan inmiddels een waarde van € 445.000. Harrie heeft dan op basis van het vergoedingenrecht recht op een bedrag van (€ 100.000 : € 375.000) x € 445.000 = € 118.667. Stel, de waarde van de woning was gedaald naar bijvoorbeeld € 350.000 dan zou Harrie recht hebben op (€ 100.000 : € 375.000) x € 350.000 = € 93.333.
Ad 2. Vergoedingsrechten bij een verbouwing
Angela en Ingrid zijn gehuwd in gemeenschap van goederen. In 2010 kochten zij voor € 300.000 een eigen woning met een hypotheek van € 300.000. In het jaar 2015 verbouwden Angela en Ingrid hun woning voor € 30.000. Het bedrag van € 30.000 was afkomstig uit een erfenis van de moeder van Angela onder uitsluiting. De woning is voor de verbouwing € 330.000 en na de verbouwing € 375.000 waard. Eind 2021 gaan zij scheiden. De waarde van de woning is op dat moment € 425.000. De woning wordt toebedeeld aan Ingrid. Het vergoedingsrecht waarop Angela bij de scheiding recht heeft bedraagt: (€ 30.000 : (330.000+30.000)) x € 425.000 = € 35.417.
Ad 3. Vergoedingsrechten bij een aflossing van de hypotheek
Susanne en Eric zijn gehuwd in algehele gemeenschap van goederen. Tijdens het huwelijk kochten zij een huis voor € 400.000. Het huis werd volledig gefinancierd. In 2018 kreeg Eric een schenking van € 50.000 onder uitsluiting waarmee hij een deel van de hypotheekschuld afloste. De waarde van de woning is dan € 425.000. In het jaar 2021 gaan Susanne en Eric scheiden. De woning is op dat moment € 525.000 waard. De woning wordt toebedeeld aan Susanne. Het vergoedingsrecht waarop Eric recht heeft bedraagt dan (€ 50.000 : 400.000) x € 525.000 = € 65.625.
Bij aflossingen van schulden wordt volgens de wet teruggevallen op de oorspronkelijke koopprijs en niet op de waarde ten tijde van de aflossing. In dat geval zou het vergoedingsrecht van Eric lager uit zijn gekomen, namelijk op (€ 50.000 : € 425.000) x € 525.000 = € 61.765.
Uitzonderingen op de regels
Zoals wel vaker zijn er ook nu weer uitzonderingen.
Verbruiksgoederen. De eerste uitzondering wordt gemaakt voor zogenaamde verbruiksgoederen, zoals bijvoorbeeld een auto. Als de ene echtgenoot de auto betaalt van de andere echtgenoot, dan moet deze bij een echtscheiding hetzelfde bedrag terugontvangen als dat is geïnvesteerd bij de aankoop van die auto.
Investeren zonder toestemming. De tweede uitzondering betreft het zonder toestemming investeren van privégeld van A in privévermogen van B. Hiervan vindt de wetgever dat minimaal het nominale bedrag dient te worden terugbetaald als sprake is van een waarde lager of gelijk aan nominaal. Als de waarde hoger is, dan is de beleggingsleer van toepassing.
Afspreken. De derde uitzondering is eigenlijk de meest eenvoudige. Partijen mogen andere afspraken maken. Hierbij kunnen ze de omvang van de vergoeding zelf bepalen. In de huwelijkse voorwaarden kan worden opgenomen dat afrekening plaatsvindt volgens de nominaliteitsleer. Ook kunnen partijen per transactie een zogenaamde (draagplicht)overeenkomst opstellen waarin ze onderlinge afspraken maken hoe om te gaan met de investering en wat moet worden terugbetaald bij een eventuele echtscheiding.
Vergoedingsrecht bij samenwoners
Vergoedingsrechten bij samenwoners worden niet vastgesteld op basis van artikel 1.87 BW. Voor samenwoners geldt een nominaal vergoedingsrecht (wat je erin stopt, krijg je terug). Tenzij … samenwoners via een schriftelijke overeenkomst hier andere afspraken over maken.
BAA ADVIES. Echt leuke materie is het niet, maar wellicht is het toch verstandig om vanwege vergoedingsrechten met uw partner bindende afspraken te maken. Hoeveel de vergoedingsrechten in uw situatie zijn, kunt u uiteraard door ons laten berekenen. |