• Contact
  • Direct contact
    Stel uw vraag
BAA
  • Diensten
    • Financiële administratie
    • Salarisadministratie
    • Jaarrekening, controles en rapportage
    • HRM
    • Ondernemingsadvies
    • Fiscaal advies
  • Over BAA
    • Medewerkers
    • Werken bij BAA
    • Sponsoring
  • Kennis
    • Artikelen
    • Inschrijven nieuwsbrief
  • Menu Menu
U bevindt zich hier: Home1 / dividendbelasting

Berichten

Beleggen en dividendbelasting: hoe zit dat eigenlijk?

5 oktober 2021/in Artikelen /door Jasper Werts

Tijdens de coronapandemie heeft de particulier massaal het beleggen ontdekt. Steeds meer mensen durfden de sprong te wagen om vermogen (al dan niet geleend) te beleggen op de Nederlandse beurs. Dit brengt echter verschillende fiscale situaties met zich mee die niet altijd duidelijk zijn.

Beleggen: beoogd voordeel

Voordeel 1 – koerswinst. Beleggen is eigenlijk heel simpel. Je maakt een account aan bij een broker en via deze broker kun je aandelen, obligaties, futures en andere vermogensbestanddelen aankopen en beheren. De insteek is natuurlijk dat een gekocht aandeel of obligatie een mooie koerswinst behaalt. Het aandeel of de obligatie kan dan worden verkocht en de winst steek je in de zak.

Voordeel 2 – vruchten. Naast de koerswinst is het ook mogelijk geld te verdienen met dividend (aandelen) en de couponrente (obligaties). Als bedrijven (een deel van de) winst uitkeren als dividend, dan ontvangen de aandeelhouders dit dividend op de rekening. De eigenaar van de obligaties ontvangt de couponrente op uitkeringsdatum op de rekening bijgestort.

Beleggen: belastingheffing

Aandelen en obligaties zijn box 3-vermogen. Een aandelen- en obligatiepakket wordt bij een particulier normaal tot het vermogen in box 3 gerekend (enkele uitzonderingen daargelaten, denk aan een aanmerkelijk belang in box 2). Over het vermogen per 1 januari van het belastingjaar berekent de Belastingdienst een fictief forfaitair rendement waarover 31% inkomstenbelasting verschuldigd is. De vruchten die men ontvangt (dividend en couponrente) zijn echter niet in box 3 belast.

Dividendbelasting. Bij het uitkeren van dividend zijn de bedrijven verplicht om dividendbelasting in te houden en af te dragen aan de Belastingdienst van het vestigingsland. Dit betekent dat het bruto-dividend wordt verminderd met de dividendbelasting en dat het netto-dividend wordt overgemaakt op de rekening van de aandeelhouder.

Jaaroverzicht. Op het jaaroverzicht van de broker of bank staan alle gegevens die nodig zijn voor de aangifte inkomstenbelasting. Maar opgelet: op een jaaropgave staat de dividendbelasting van alle landen door elkaar en vaak wordt dit onterecht als één bedrag in aftrek gebracht.

Dividendbelasting: aftrekbaar

Nederlands dividend. Omdat de particulier belasting moet betalen over het box 3-vermogen met peildatum 1 januari van het belastingjaar, kan de Nederlandse dividendbelasting worden gezien als een voorheffing. Alleen de Nederlandse dividendbelasting is in principe aftrekbaar…, en soms ook buitenlandse dividendbelasting.

Buitenlands dividend. Dividendbelasting (bronbelasting) op buitenlandse dividenden (bijvoorbeeld Amerikaans dividend op aandelen Apple) is niet afgedragen aan de Nederlandse Belastingdienst. De dividendbelasting is daarom dan ook niet als voorheffing aan te merken en in beginsel niet in mindering te brengen op de te betalen belasting.

Dividendbelasting: verdrag en verrekening

Als u in Nederland over de waarde van de aandelen vermogensrendementheffing (Box 3 heffing) betaalt en in het buitenland dividendbelasting wordt ingehouden op het dividend van diezelfde aandelen, dan is er mogelijk sprake van een dubbele heffing van belasting. Als Nederland met het land dat de dividendbelasting inhoudt in een verdrag de juiste afspraken heeft gemaakt, dan mag de dividendbelasting wel worden verrekend in box 3 in de Nederlandse aangifte. De buitenlandse dividendbelasting kan dan in mindering worden gebracht op de verschuldigde belasting in box 3. Voorwaarde hierbij is wel dat er belasting in box 3 verschuldigd is in Nederland!

Voorbeeld
Meneer Jansen heeft aandelen in een Duits bedrijf. Er wordt bruto dividend uitgekeerd van € 10.000 en Duitsland houdt 25% (€ 2.500) dividendbelasting in. Nederland en Duitsland hebben in een verdrag bepaald dat er een maximum van 15% (€ 1.500) dividendbelasting kan worden verrekend in de Nederlandse aangifte. Dit betekent dat er maximaal € 1.500 aan dividendbelasting in mindering kan worden gebracht in de Nederlandse aangifte inkomstenbelasting. Mits meneer Jansen ook minimaal € 1.500 vermogensrendementheffing betaalt uiteraard. De resterende 10% (€ 1.000) kan bij de Duitse Belastingdienst worden teruggevraagd.

Stel nu dat meneer Jansen een vermogen heeft dat lager is dan de box 3-vrijstelling van € 50.000 en daardoor geen belasting in box 3 verschuldigd is. Dan kan er ook geen buitenlandse dividendbelasting van maximaal € 1.500 worden verrekend.

Tip: toch opnemen in de aangifte. Het is aan te raden om toch altijd de buitenlandse bronbelasting in de aangifte op te geven, omdat de verrekening kan worden doorgeschoven naar een volgend jaar.

BAA ADVIES. Veel (nieuwe) particuliere beleggers weten niet dat dividendbelasting vaak in mindering kan worden gebracht op de box 3-vermogensrendementheffing. Dat geldt ook voor buitenlands dividend, mits Nederland een verdrag met betreffende land heeft. In aangifteprogramma’s kan de aftrekbare dividendbelasting eenvoudig worden verwerkt.
https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/11/beleggendividendbelasting.jpg 200 300 Jasper Werts https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Jasper Werts2021-10-05 19:08:122022-04-12 12:34:36Beleggen en dividendbelasting: hoe zit dat eigenlijk?

Wat komt er in de plaats voor de afschaffing dividendbelasting?

24 oktober 2018/in Artikelen /door Jac Vossen

Inmiddels heeft u wel vernomen dat de afschaffing van de dividendbelasting vlak voor de eindstreep is gesneuveld. Ineens had het kabinet daardoor een bedrag van 1,9 miljard te verdelen. Hoe profiteert u als DGA daarvan?

Heroverweging pakket vestigingsklimaat

Op 5 oktober jl. heeft het kabinet aangegeven alternatieven te zoeken voor de afschaffing van de dividendbelasting. Inmiddels zijn deze ‘cadeautjes’ bekend. Welke dat dit allemaal zijn leest u in de ‘Kamerbrief heroverweging pakket vestigingsklimaat’ van staatssecretaris van Financiën Menno Snel aan de Tweede Kamer.

De DGA. Onderstaand maken we een vergelijking tussen de plannen in het regeerakkoord 2017, het oorspronkelijke Belastingplan 2019 en de heroverweging van oktober 2018. Daarbij beperken we ons tot de maatregelen voor de DGA (directeur-grootaandeelhouder) en zijn/haar BV:

  1. de verlaging van het tarief van de vennootschapsbelasting;
  2. de aanpassing van het tarief box 2 heffing; en
  3. de rekening-courant-maatregel (DGA-taks).

Verlaging van het tarief van de vennootschapsbelasting

In het regeerakkoord van 2017 daalden de tarieven van de vennootschapsbelasting als volgt:

2019 19% tot € 200.000 24% boven € 200.000
2020 17,5% tot € 200.000 22,5% boven € 200.000
2021 16% tot € 200.000 21% boven € 200.000

In het oorspronkelijke Belastingplan 2019 was de verdeling als volgt:

2019 19% tot € 200.000 24,3% boven € 200.000
2020 17,5% tot € 200.000 23,9% boven € 200.000
2021 16% tot € 200.000 22,25% boven € 200.000

Door het niet afschaffen van de dividendbelasting wordt de nieuwe situatie nu als volgt:

2019 19% tot € 200.000 25% boven € 200.000
2020 17,5% tot € 200.000 23,9% boven € 200.000
2021 15% tot € 200.000 20,5% boven € 200.000

Reden om fiscale eenheid vennootschapsbelasting te verbreken?

De wijziging van de tarieven tussen de eerste en tweede schijf van de vennootschapsbelasting, het zogenaamde ‘opstapje’, kan een reden zijn om per 1 januari 2019 een bestaande fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting te verbreken. Hierdoor kan een fiscaal voordeel worden behaald zoals blijkt uit onderstaand voorbeeld.

Voorbeeld
• BV A maakt een winst van € 220.000
• BV B maakt een winst van € 180.000
• BV C maakt een winst van € 140.000,-

Als in 2019 sprake is van een fiscale eenheid bedraagt de te betalen vennootschapsbelasting: 19% van € 200.000 + 25% van € 340.000 = € 123.000.

Als vóór 1 januari 2019 de fiscale eenheid wordt verbroken, is iedere BV zelfstandig belasting verschuldigd. Het fiscale plaatje ziet er dan als volgt uit:

• BV A: (€ 200.000 x 19%) + (€ 20.000 x 25%) = € 43.000.
• BV B: € 180.000 x 19% = € 34.200.
• BV C: € 140.000 x 19% = € 26.600.In totaal een te betalen bedrag van € 103.800, hetgeen dus een besparing oplevert van € 19.200.

Let op! Overweegt u om uw fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting te verbreken? Raadpleeg dan uw contactpersoon bij BAA en breng samen in kaart wat de gevolgen zijn voor úw situatie. Naast het fiscaal voordeel zitten er namelijk ook nadelen aan het verbreken van een bestaande fiscale eenheid.

Aanpassing tarief box 2 heffing

In het regeerakkoord van 2017 was opgenomen dat het tarief van Box II in de komende jaren als volgt zou stijgen:

2019 tarief 25%
2020 tarief 27,3%
2021 tarief 28,5%

In het Belastingplan 2019 zijn de verhogingen iets verlaagd. In de heroverweging zijn deze niet gewijzigd.

2019 tarief 25 %
2020 tarief 26,25%
2021 tarief 26,9%

Ondanks deze kleinere stijging van het box 2 tarief, blijft het verstandig om in 2019 te overwegen om dividend uit te keren. Zeker als dit dividend afkomstig is uit de algemene reserve waarin ook opgepotte winsten zitten, uit de jaren dat het tarief van de vennootschapsbelasting nog 34,5% was.

Voorbeeld
Dividenduitkering € 250.000 in 2019 kost € 62.500. Als deze dividenduitkering een jaar wordt uitgesteld, bedraagt de belasting € 66.250 en nog een jaar later is deze opgelopen tot € 67.250. Hieruit blijkt dus dat het meeste voordeel is te behalen in 2019.

De rekening-courant-maatregel (DGA-taks)

Zoals we eerder schreven, heeft het kabinet het voornemen om DGA ’s met hoge schulden aan hun BV extra belasting te laten betalen. Omtrent vorm en inhoud was nog niet veel bekend. In de heroverweging van oktober heeft het kabinet aangegeven dat er een overgangsregeling komt voor bestaande en nieuwe eigenwoningschulden van de BV aan de DGA.

Naast de eigen woningschuld mag de schuld van de DGA en zijn partner aan de eigen BV maximaal € 500.000 bedragen om geen extra belasting te hoeven betalen.

BAA ADVIES. De wijzigingen in de vennootschapsbelasting, de box 2 heffing en de overgangsregeling voor de rekening-courant-maatregel, kunnen aanleiding zijn om dít jaar nog actie te ondernemen. Uw BAA-adviseur kan u verder helpen.
https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/12/Afschaffen-dividendbelasting.jpg 200 300 Jac Vossen https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Jac Vossen2018-10-24 14:29:362021-12-05 14:31:10Wat komt er in de plaats voor de afschaffing dividendbelasting?

Categorieën

  • Vacatures (4)
  • Artikelen (282)

Laatste nieuws

  • Lof der zotheid: het energiedebat in de Tweede Kamer31 januari 2023 - 14:17
  • Administratieve topperAdministratief toptalent16 januari 2023 - 09:16
  • Het DGA-loon vanaf 1 januari 20236 januari 2023 - 09:55
  • Pensioen voor zzp’ers/ondernemers in de nieuwe pensioenwet6 januari 2023 - 09:21
  • DGA arbeidsongeschikt in 2023: wat nu?6 januari 2023 - 09:15
  • Veiligstellen jubelton voor 2023 en 20245 december 2022 - 12:36
  • Een vakantieauto van de zaak: geen, enkele of dubbele bijtelling?5 december 2022 - 11:40
  • Werknemers met werkstress en burn-out: antwoord op de meest gestelde vragen5 december 2022 - 11:35
  • Maak vóór 31 december ambtshalve bezwaar tegen box 3-heffing3 november 2022 - 08:33
  • Schenken woning: let op de vernieuwde waarderingsregels3 november 2022 - 08:22

Wat mogen we voor u ontcijferen?

Heeft u een concrete vraag of wilt u gewoon eens met ons kennismaken?
Wij kijken uit naar uw mailtje of telefoontje!

In onze nieuwsbrief delen onze professionals kennis en inzicht. Zo blijven onze klanten voorlopen op de feiten.

0493 - 69 52 98 info@baa.nl
Inschrijven nieuwsbrief
lid van Noab

Postbus 122
5720 AC Asten
Julianastraat 2
5721 GL Asten

Algemene voorwaarden | Privacy statement & cookies | Disclaimer

Scroll naar bovenzijde