• Contact
  • Direct contact
    Stel uw vraag
BAA
  • Diensten
    • Financiële administratie
    • Salarisadministratie
    • Jaarrekening, controles en rapportage
    • HRM
    • Ondernemingsadvies
    • Fiscaal advies
  • Over BAA
    • Medewerkers
    • Werken bij BAA
    • Sponsoring
  • Kennis
    • Artikelen
    • Inschrijven nieuwsbrief
  • Menu Menu
U bevindt zich hier: Home1 / gebruikelijk loon

Berichten

Het DGA-loon vanaf 1 januari 2023

6 januari 2023/in Artikelen /door Jac Vossen

Vanaf 1 januari 2023 moet het gebruikelijk loon voor de DGA anders worden bepaald. Geldt dat ook in uw situatie en wat moet u dan regelen?

Wat speelt?

Onderstaand artikel heeft betrekking op de beloning van de directeur-grootaandeelhouder (DGA). Een DGA is iemand die meer dan 5% aandelen bezit in een BV én werkzaam is bij die BV. We kondigden al eerder aan dat het bepalen van het gebruikelijk loon per 1 januari 2023 gaat veranderen. We bespreken eerst de situatie in 2022 en vervolgens de wijzigingen voor 2023.

Hoe werd het gebruikelijk loon van de DGA bepaald tot en met 2022:

De wet (en rechtspraak) geeft aan dat bij het bepalen van het gebruikelijk loon een zogenaamde drietrapsraket moet worden gebruikt.

  1. De eerste trap geeft aan dat het loon minimaal gelijk moet zijn aan 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Dat is het loon dat iemand zou kunnen verdienen in loondienst in een vergelijkbare functie maar zonder het aandeelhouderschap.
  2. De tweede trap geeft aan dat het bij de eerste trap berekende loon wordt verhoogd tot minimaal het salaris van een werknemer (met vergelijkbare kwaliteiten) in dienst van de BV, die een hoger salaris verdient dan het bij de eerste trap berekende loon.
  3. De derde trap geeft tenslotte aan dat het bij de eerste en/of tweede trap berekende loon minimaal € 48.000 moet bedragen.

Voorbeeld 1
DGA Hendrix zou bij loondienstverband € 80.000 verdienen (meest vergelijkbare dienstbetrekking). Het DGA-loon is dan dus € 80.000 x 75% = € 60.000. Als in de BV echter een werknemer werkzaam is die een salaris heeft van € 65.000, dan moet het DGA-loon worden verhoogd naar € 65.000.

Hoe is het nu met ingang van 2023?

In eerste instantie bestond het voornemen om het doelmatigheidspercentage van 25% te verlagen naar 15%, maar uiteindelijk is dit in de Belastingwet 2023 (op 20 december 2022 aangenomen door de Eerste Kamer) verminderd tot 0%. Bovendien is het minimale gebruikelijk loon verhoogd tot € 51.000 en vervalt de uitzonderingspositie voor de zogenaamde startups (de eerste drie jaren een lager DGA-salaris).

Wat betekent dit?

Met ingang van 1 januari 2023 wordt de drietrapsraket als volgt:

  1. Minimaal 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking.
  2. Als dit minder is dan het hoogste salaris van de werknemers werkzaam binnen de BV, dan wordt het DGA-loon verhoogd tot minimaal dit loon.
  3. Als de uitkomst van 1 en 2 lager is dan € 51.000 wordt het DGA-loon vastgesteld op € 51.000.

Voorbeeld 2
Op basis van de eerste trap wordt het DGA-loon voor Hendrix (voorbeeld 1) in 2023 € 80.000. Dit is meer dan het salaris van de meestverdienende werknemer binnen de BV, dus € 80.000 blijft ook binnen trap 2 in stand. Vervolgens is dit loon ook meer dan € 51.000 van trap 3, dus DGA Hendrix ziet hierdoor zijn loon per 1 januari 2023 stijgen van € 65.000 naar € 80.000 (+23%).

Veel DGA’s zullen vanaf 2023 een hoger loon moeten hanteren. Hebt u de salarisadministratie uitbesteed aan een loonservicebureau dan zal dit bureau hiermee rekening houden bij de loonverwerking.

En de afroommethode?

In 2004 besliste de Hoge Raad dat als de opbrengsten van de BV (nagenoeg) geheel voortvloeien uit de persoonlijke arbeid van de DGA, het gebruikelijk loon moet worden vastgesteld op basis van de opbrengsten van de BV minus de kosten. Daarnaast mocht het, op deze wijze berekende, loon van de DGA nog 30% (tot en met 2022: 25%) lager worden vastgesteld. Op deze manier hoefde niet de moeilijke discussie gevoerd te worden over hoe hoog het salaris is voor de meest vergelijkbare dienstbetrekking, maar keek de belastingdienst uitsluitend naar het resultaat van de BV.

In 2016 bepaalde de rechter echter dat dit alleen mocht als er geen salarissen bekend zijn voor een vergelijkbare dienstbetrekking. In de praktijk blijkt er echter meestal wel een vergelijkbare dienstbetrekking te vinden.

Dus wat nu te doen?

Is er voor u reden om het loon aan te passen? Dan ligt het voor de hand om dat in januari te laten ingaan, maar u kunt het ook pas in december rechttrekken. Over het gehele jaar 2023 moet het DGA salaris minimaal € 51.000 per jaar zijn geweest. Past u uw salaris niet aan, dan kan de Belastingdienst achteraf het salaris verhogen en een belastingaanslag met boete en rente opleggen. Als het salaris lager is dan het gebruikelijk loon dan ligt de bewijslast bij u als DGA om aan te tonen waarom u van mening bent dat het salaris lager moet zijn. Er bestaat óók de mogelijkheid om hierover van tevoren afspraken met de Belastingdienst te maken. Desgewenst kunnen we dat verzoek voor u indienen.

BAA ADVIES. DGA’s zullen vanaf 2023 een hoger gebruikelijk loon moeten hanteren. Neem contact op met uw adviseur/salarisadministrateur als dit voor u ook geldt, als u hierover vragen heeft, of als u afspraken over een lager loon wilt maken met de inspecteur.
https://baa.nl/wp-content/uploads/2023/01/dga-loon-2023.jpg 800 1200 Jac Vossen https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Jac Vossen2023-01-06 09:55:152023-01-10 13:00:51Het DGA-loon vanaf 1 januari 2023

Belastingplan 2023. Wat kunt u verwachten?

6 oktober 2022/in Artikelen /door Pieter van Lieshout

Traditiegetrouw zijn op Prinsjesdag de belastingplannen weer bekend gemaakt. We wezen u al eerder op het zuur en zoet van deze plannen. In dit artikel een overzicht van een aantal andere belangrijke plannen voor 2023.

Twee schijven in box 2

Het kabinet wil met ingang van 2024 twee belastingschijven in box 2 introduceren. De eerste schijf kent een belastingtarief van 24,5% en moet oplopen tot € 67.000. Bedragen hierboven, de tweede schijf, zijn belast tegen 31%. Met het oog op de Wet excessief lenen. kan het voordelig zijn om dit jaar en volgend jaar dividend uit te gaan keren.

Gebruikelijk loon omhoog

Het Kabinet wil af van de zogenaamde doelmatigheidsmarge. Dit is het percentage waarmee de DGA zijn salaris mag verminderen ten opzichte van het salaris van iemand met het meest vergelijkbare dienstverband. In de voorjaarsnota stond dat deze in 2023 omlaag gaat van 25% naar 15%. In de nota van wijziging op het Belastingplan 2023 van 5 oktober 2022 wordt voorgesteld om dit per 1 januari 2023 niet te verlagen van 25% naar 15% maar naar 0%. Hierdoor vervalt de doelmatigheidsmarge binnen enkele maanden. Hierdoor zal de DGA zichzelf mogelijk in 2023 meer loon moeten geven waarover meer loonbelasting is verschuldigd.

Meer vennootschapsbelasting

Het tarief in de vennootschapsbelasting bedraagt in 2022 in de eerste schijf (winst tot € 395.000) 15% en 25,8% voor het meerdere. De schijfgrens van € 395.000 zal met ingang van 2023 worden verlaagd naar € 200.000 waardoor bedrijven eerder het hoge tarief verschuldigd zijn. Daarnaast wil het kabinet het tarief in de lage schijf verhogen van 15% naar 19%. Een winst van € 400.000 in 2022 kost € 60.540 vennootschapsbelasting. Diezelfde winst kost in 2023 € 89.600 belasting. Een verschil van bijna € 30.000.

Zelfstandigenaftrek omlaag

Om het verschil tussen ondernemers en werknemers te verkleinen is een aantal jaar geleden afgesproken om de zelfstandigenaftrek jaarlijks terug te brengen. In het coalitieakkoord was afgesproken om de zelfstandigenaftrek vanaf 2023 verder terug te brengen tot € 1.200 in 2030. Het kabinet wil nu deze termijn naar voren halen waarbij de zelfstandigenaftrek al in 2026 teruggebracht wordt tot € 1.200 en in 2027 verder wordt verlaagd naar € 900.

2022 2023 2024 2025 2026 2027
€ 6.310 € 5.030 € 3.750 € 2.470 € 1.200 € 900

Geen bpm-vrijstelling meer voor bestelauto’s en meer motorrijtuigenbelasting

Het kabinet wil de vrijstelling voor een bestelauto van de ondernemer met ingang van 1 januari 2025 afschaffen. De hoogte van de bpm moet afhankelijk worden van de CO2-uitstoot.

Daarnaast wil het kabinet het tarief van de motorrijtuigenbelasting voor bestelauto’s van ondernemers verhogen. De bedoeling is dat In 2025 de motorrijtuigenbelasting wordt verhoogd met 15% en in 2026 nog eens met 6,96%.

Einde Oudedagsreserve (FOR)

De FOR houdt in dat een ondernemer voor de inkomstenbelasting onder voorwaarden jaarlijks een deel van de winst mag reserveren voor een oudedagsvoorziening, zodat er (tijdelijk) geen belasting over verschuldigd is. Volgens de plannen zal de FOR met ingang van 1 januari 2023 worden afgeschaft. De opgebouwde oudedagsreserve tot en met 31 december 2022 kan volgens de huidige regels worden afgewikkeld. Dat betekent dat het hele bedrag bij staking van de onderneming in één keer vrijkomt en dat daar belasting over verschuldigd is. Of het kan worden omgezet in een lijfrenteproduct.

Verhoging vrije ruimte werkkostenregeling (WKR)

Per 2023 wordt de vrije ruimte in de WKR verruimd. De vrije ruimte in de WKR van 1,7% tot een loonsom van € 400.000 stijgt naar 1,92% tot een loonsom van € 400.000. In de nota van wijziging op het Belastingplan 2023 van 5 oktober 2022 wordt voorgesteld het percentage voor de eerste
€ 400.000 te verhogen naar 2,14%. Hierdoor kunnen werkgevers meer onbelaste vergoedingen geven aan werknemers. Het kan dus voordelig zijn om een werknemer een lager brutoloon te geven en dit aan te vullen met een onbelaste vergoeding binnen de WKR.

Leegwaarderatio versoberd

Verhuurt u een woning dan moet u in beginsel in box 3 de WOZ opgegeven als bezitting. De leegwaarderatio kan echter de WOZ-waarde van een verhuurde woning in box 3 verminderen. De WOZ-waarde mag dan worden vermenigvuldigd met een percentage dat afhankelijk is van de kale huur ten opzichte van de WOZ-waarde. Het Kabinet wil de percentages in de leegwaarderatio gaan verhogen waardoor verhuurders meer inkomstenbelasting betalen in box 3 en waardoor men eventueel meer schenk- en erfbelasting verschuldigd is.

Voorbeeld
De WOZ-waarde van een verhuurde woning is € 250.000. De huur bedraagt € 1.000 per maand. De jaarhuur (€ 12.000) is dan 4,8% van de WOZ-waarde. Volgens de huidige regels (2022) moet een waarde van 67% x € 250.000 = € 167.500 aangegeven worden in box 3. Bij de nieuwe voorgestelde percentages zou een waarde van 95% x € 250.000 = € 237.500 aangegeven moeten worden.

Bij vakantiewoningen en niet-woningen (bedrijfspanden, enz.) is de leegwaarderatio overigens niet van toepassing. Het is verder ook de bedoeling dat de leegwaarderatio niet mag worden toegepast bij tijdelijk verhuurde woningen. Ook zou bij verhuur aan een gelieerde partij (zoals zoon of dochter) uitgegaan moeten worden van 100% van de WOZ-waarde.

Verhouding jaarlijkse huurprijs
tot WOZ-waarde
Huidige leegwaarderatio Nieuwe leegwaarderatio
Meer dan Minder dan
0% 1% 45% 73%
1% 2% 51% 79%
2% 3% 56% 84%
3% 4% 62% 90%
4% 5% 67% 95%
5% 6% 73% 100%
6% 7% 78% 100%
7% – 85% 100%

Verhoging overdrachtsbelasting

De bedoeling is dat het algemene tarief voor de overdrachtsbelasting flink omhoog gaat. In het coalitieakkoord was afgesproken om het tarief te verhogen naar 9%. In de Voorjaarsnota 2022 was dit percentage al verhoogd naar 10,1% en het voorstel nu is om het tarief te verhogen naar 10,4%. Het tarief voor de eigen woning (2%) blijft echter ongewijzigd. Maar de verhoging geldt dus wel voor bijvoorbeeld woningen die worden aangekocht als belegging en voor bedrijfspanden. Voor starters blijft gelden dat er geen overdrachtsbelasting verschuldigd is, mits voldaan aan de voorwaarden van de zogenaamde startersregeling.

Voorbeeld
Wilt u een vakantiewoning of een tweede woning kopen? Dan is het dus voordeliger om dat nog dit jaar te doen. Bij aankoop van onroerend goed van bijvoorbeeld € 250.000 bespaart u (10,4% – 8%) x € 250.000 = € 6.000.

Inkomensafhankelijke combinatiekorting

Heeft u een kinderwens? Een kind geboren voor 1 januari 2025 kan een belastingvoordeel opleveren van ruim € 2.500. Het plan is namelijk om met ingang van 2025 de inkomensafhankelijke combinatiekorting af te schaffen (behalve voor kinderen die voor 2025 zijn geboren).

Mogelijkheid tot middeling verdwijnt

Het Kabinet wil de middelingsregeling per 1 januari 2023 afschaffen. Voor jaren na 2022, mits ook 2022 in het middelingstijdvak wordt betrokken, geldt overgangsrecht. Dit betekent dat het laatste tijdvak waarover nog kan worden gemiddeld 2022, 2023 en 2024 zijn.

BAA ADVIES. Heeft u vragen of ideeën over de mogelijke gevolgen van deze wijzigingen voor uw persoonlijke situatie? Bespreek dan met uw adviseur hoe u op de wijzigingen zo fiscaal gunstig mogelijk kunt anticiperen.
https://baa.nl/wp-content/uploads/2022/10/belastingplan-2023-2.jpg 800 1200 Pieter van Lieshout https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Pieter van Lieshout2022-10-06 08:28:572022-11-17 18:08:05Belastingplan 2023. Wat kunt u verwachten?

Minder inkomstenbelasting betalen met een lager gebruikelijk loon

5 januari 2022/in Artikelen /door Jasper Werts

Om een DGA voldoende inkomstenbelasting te laten betalen is er de gebruikelijkloonregeling bedacht. Er zijn echter mogelijkheden om het gebruikelijk loon te verlagen en om zo inkomstenbelasting te besparen.

De gebruikelijkloonregeling

Een directeur-grootaandeelhouder (DGA) wil het liefst fiscaal zo gunstig mogelijk inkomsten van het bedrijf naar privé halen. Dit kan in de vorm van salaris of dividend. Het belastingtarief voor dividend is een stuk aantrekkelijker dan voor salaris. Om fiscaal misbruik te voorkomen heeft de Belastingdienst een gebruikelijk loon voor de DGA bepaald. De DGA moet dus een minimaal salaris aan zichzelf uitkeren en daarover belasting afdragen.

Meer of minder gebruikelijk loon

In 2022 is het gebruikelijk loon € 48.000 (2021: € 47.000). Er zijn diverse wettelijke redenen om af te wijken van dit gebruikelijk loon.

Meer … Het gebruikelijk loon moet op minimaal 75% van het loon worden vastgesteld dat door personen in een vergelijkbare dienstbetrekking wordt ontvangen of het hoogste loon is van een werknemer in dienst van het bedrijf. Met deze regel kan het loon dus uitkomen boven de € 48.000.

Minder … Er zijn ook diverse voorbeelden waarbij het gebruikelijk loon voor de DGA lager kan worden vastgesteld:

  • het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking is lager dan € 48.000;
  • de DGA werkt in deeltijd;
  • de DGA heeft beperkte werkzaamheden;
  • de BV van de DGA maakt structureel verlies;
  • er zijn onvoldoende liquide middelen in de BV;
  • er is sprake van een startup; of
  • er is de mogelijkheid om een beroep te doen op de speciale regeling uit 2020 en 2021 in verband met de coronacrisis.

Dit zijn echter allemaal speciale situaties en vaak kan een DGA géén lager gebruikelijk loon aannemelijk maken. Op deze manier waarborgt de Belastingdienst dat de DGA altijd voldoende inkomstenbelasting betaalt. Toch zijn er wel degelijk enkele mogelijkheden om hieraan te ontsnappen.

Auto van de zaak

De gebruikelijkloonregeling sluit aan bij het ‘loonbegrip’ dat voor de heffing van de loonbelasting wordt gehanteerd. Onder dit loonbegrip valt onder andere het normale loon uit dienstbetrekking (het brutosalaris), maar ook de bijtelling voor het privégebruik van de auto van de zaak.
Voorbeeld
Jaap heeft als DGA een gebruikelijk loon van € 48.000 en rijdt een auto van de zaak. De bijtelling voor privégebruik is € 8.800. Deze bijtelling kan Jaap op het gebruikelijk loon in mindering brengen. In plaats van € 48.000 kan Jaap volstaan met het uitbetalen van een salaris van € 39.200.

Kostenvergoedingen

Het eindheffingsloon maakt ook deel uit van het loonbegrip voor de heffing van loonbelasting. U kunt vergoedingen, verstrekkingen of terbeschikkingstellingen die onder de gerichte vrijstelling (werkkostenregeling) vallen, aanwijzen als eindheffingsloon. Deze tellen echter alleen mee als loonbegrip als ze specifiek voor de werknemer, in dit geval de DGA, bedoeld zijn (geweest). Denk hierbij aan bonussen, onkostenvergoedingen, reiskosten, vergoeding voor telefoonkosten, enz.

Voorbeeld
Kees ontvangt als DGA een salaris van € 46.000 uit zijn BV, een reiskostenvergoeding van € 1.500 en een vergoeding voor telefoonkosten van € 500. De vergoedingen zijn aangewezen als eindheffingsloon in de werkkostenregeling en ondergebracht in de vrije ruimte. Volgens het loonbegrip van de loonbelasting is het totale loon dan € 48.000 en dit is exact voldoende om te voldoen aan de gebruikelijkloonregeling.

Conclusie

Het blijkt dus dat er meerdere bestanddelen meetellen voor het gebruikelijk loon voor de DGA. Onkostenvergoedingen en de auto van de zaak bieden mogelijkheden om het verplichte salarisdeel te verlagen. Vaak keren DGA’s de verplichte € 48.000 uit als brutosalaris en daar boven op een bijtelling van de auto van de zaak. Terwijl dat niet noodzakelijk is.

BAA ADVIES. Ga na wat er voor uw gebruikelijk loon fiscaal mogelijk is en bespreek dit met uw adviseur. Het gebruikelijk loon kan in sommige situaties namelijk verlaagd worden en verminderd worden met een eventuele bijtelling auto van de zaak en met kostenvergoedingen.
https://baa.nl/wp-content/uploads/2022/01/lager-gebruikelijk-loon2.jpg 800 1200 Jasper Werts https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Jasper Werts2022-01-05 11:11:442022-04-12 12:27:44Minder inkomstenbelasting betalen met een lager gebruikelijk loon

Minder dan het gebruikelijk loon: wat zijn de mogelijkheden?

5 juli 2021/in Artikelen /door Jasper Werts

Een directeur-grootaandeelhouder (hierna DGA) moet voor de werkzaamheden die worden verricht voor zijn BV ten minste het gebruikelijk loon ontvangen. Als dat een (te) grote verplichting voor de BV is, dan kan een lager loon slim zijn. Wat zijn hiervoor de mogelijkheden?

De hoofdregel voor gebruikelijk loon

Op grond van artikel 12a Wet op de loonbelasting moet een DGA tenminste het gebruikelijk loon van € 47.000 (€ 46.000 t/m 2020) in rekening brengen. Dit betekent een brutobeloning van de DGA voor de werkzaamheden verricht voor de BV in geld en/of loon in natura (bijvoorbeeld de bijtelling auto van de zaak). Voor de DGA (of zijn partner) moet een aanmerkelijk belang (tenminste 5% van de aandelen) aanwezig zijn de BV.

Bovendien blijkt uit de wet en uit de rechtspraak dat het gebruikelijk loon tenminste moet worden gesteld op het hoogste van onderstaande drie opties:

  1. 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking (buiten de BV); of
  2. het hoogste loon van de meest verdienende werknemer (binnen de BV of in verbonden vennootschappen);
  3. € 47.000.

Voorbeeld
Tony is DGA van ‘Loon BV’ en maakt een voltijdse werkweek. Het loon voor de meest vergelijkbare dienstbetrekking bij een ander bedrijf is € 100.000. Het hoogste loon binnen de eigen BV voor een medewerker is € 90.000. Op grond van de hoofdregels is het gebruikelijk loon het hoogste van: € 75.000 (75% x € 100.000), € 90.000 en € 47.000. Het gebruikelijk loon voor Tony is dus € 90.000, gebaseerd op het loon van de meest verdienende werknemer.

Afwijken van de hoofdregel

Van deze hoofdregel kan alleen worden afgeweken als de BV (en dus ook de DGA) dit aannemelijk kan maken. De BV is de inhoudingsplichtige en dus verantwoordelijk voor een correcte afdracht van de loonheffingen. In de volgende situaties kan van het gebruikelijk loon worden afgeweken, maar dat moet dan wel goed worden onderbouwd.

1. Het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking is lager dan € 47.000

Op deze manier kan de BV aantonen dat een lager gebruikelijk loon dan € 47.000 voor de DGA aannemelijk is.

2. De DGA werkt in deeltijd

Als de DGA niet een standaard voltijdse werkweek heeft, dan kan de BV aannemelijk maken dat een lager gebruikelijk loon reëel is. Het is dan namelijk niet gebruikelijk om een volledig salaris uit te betalen voor een werknemer die bijvoorbeeld een halve werkweek arbeid verricht.

3. Beperkte werkzaamheden voor de DGA

De werkzaamheden van de DGA voor de BV beperken zich tot bijvoorbeeld het afwikkelen van pensioen of een oudedagsverplichting (ODV) in eigen beheer of vermogensbeheer. Er is dan feitelijk geen sprake van arbeid voor de onderneming en daardoor is een gebruikelijk loon van nul verdedigbaar.

4. De BV maakt structureel verlies

Er moet sprake zijn van een structurele verliessituatie in de BV. Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft in een recente uitspraak geoordeeld dat moet worden gekeken of de structurele verliessituatie de continuïteit van de BV in gevaar brengt. De verliessituatie moet dan ook worden bekeken in het kader van de verrekening van de compensabele verliezen en de verrekening van het gebruikelijk loon. Als de structurele verliessituatie niet aannemelijk kan worden gemaakt door de BV, dient er gewoon een gebruikelijk loon te worden betaald.

5. Onvoldoende liquide middelen in de BV

In een uitspraak van de Rechtbank Gelderland wordt bevestigd dat in geval van onvoldoende liquide middelen in de BV wel degelijk een lager gebruikelijk loon kan worden aangehouden. Zelfs lager dan het minimumloon. Er moet namelijk ook naar de omstandigheden worden gekeken en als het uitbetalen van het gebruikelijk loon de continuïteit van de onderneming in gevaar brengt, is het te rechtvaardigen om een lager gebruikelijk loon aan te houden.

6. Er is sprake van een startup

Een DGA met een startup kan tot 1 januari 2022 gebruikmaken van een versoepeling van de regeling. In dit geval geldt het minimumloon als gebruikelijk loon of een lager loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Er moet wel aan enkele voorwaarden worden voldaan, zoals dat de BV een S&O-verklaring moet hebben. Eind 2019 is in het Handboek Loonheffingen opgenomen dat alle startende bedrijven kunnen afwijken van het gebruikelijk loon.

Dat betekent dat in de eerste drie jaren van de onderneming een lager loon mag worden vastgesteld als de onderneming het wettelijk gebruikelijk loon niet kan betalen. Het loon mag dan niet lager zijn dan het wettelijk minimum loon dat past bij de arbeidsomvang van de DGA.

7. Gevolgen van de coronacrisis

De speciale gebruikelijkloonregeling ten gevolge van de coronacrisis is van 2020 doorgetrokken naar 2021.

Gebruikelijkloonregeling bij meerdere BV’s

De gebruikelijkloonregeling geldt voor álle werkzaamheden die de DGA verricht voor een BV. Dus ook voor werkzaamheden bij meerdere BV’s. Elke BV moet dan ook apart de gebruikelijkloonregeling toepassen.

Soms is dat niet nodig. Bijvoorbeeld als de DGA via zijn holding de aandelen in de andere BV’s houdt dan waarin de werkzaamheden plaatsvinden. Als de holding als inhoudingsplichtige het loon betaalt en de loonheffing afdraagt namens alle BV’s, hoeft geen toestemming te worden gevraagd aan de Belastingdienst.

BAA ADVIES. Soms is het niet wenselijk of zelfs onmogelijk om het gebruikelijk loon volledig uit te keren. Er zijn dan mogelijkheden om een verlaging toe te passen. Belangrijk daarbij is om dit vooraf goed af te stemmen en/of te toetsen bij de Belastingdienst.

https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/07/gebruikelijk-loon2.jpg 800 1200 Jasper Werts https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Jasper Werts2021-07-05 14:24:442022-03-10 13:46:07Minder dan het gebruikelijk loon: wat zijn de mogelijkheden?

Corona en gebruikelijk loon van de DGA – hoe zit dat?

2 februari 2021/in Artikelen /door Mirei Knapen

Vanwege de coronacrisis mocht u als DGA in 2020 via een bijzondere regeling het loon bepalen. Wat waren de regels en hoe zit dat voor dit jaar nu de coronacrisis voortduurt?

Het loon voor de DGA: de gebruikelijkloonregeling

Zoals u wellicht wel weet dient een DGA ten minste belasting te betalen over een wettelijk vastgestelde passende arbeidsbeloning; het zogenaamde gebruikelijke loon. Ook als de onderneming omzetverlies draait. De coronacrisis was aanleiding voor speciale regels in 2020 én is aanleiding voor speciale regels in 2021.

Gebruikelijkloonregeling DGA 2020 corona

Speciale regeling. Een hoge gebruikelijkloonregeling knelde in veel sectoren vanwege een omzetverlies door de coronacrisis. Vandaar dat het kabinet heeft toegestaan dat diegene die te maken kregen met omzetverlies, mochten uitgaan van een lager gebruikelijk loon, evenredig aan de omzetdaling.

Berekening. Hierbij wordt de eerste vier maanden van 2020 vergeleken met de eerste vier maanden van 2019 (Besluit noodmaatregelen coronacrisis). Het gaat altijd om de omzet exclusief de omzetbelasting.

Berekening gebruikelijk loon 2020 =
Gebruikelijke loon 2019 x (omzet kwartaal 1 2020 : omzet kwartaal 1 2019)

Voorwaarden. Om deze maatregel toe te mogen passen moest aan de volgende voorwaarden worden voldaan:

  • de rekening-courantschuld of het dividend neemt niet toe als gevolg van het lagere gebruikelijk loon;
  • als de DGA feitelijk meer loon heeft genoten dan volgt uit bovenstaande berekeningen, geldt dat hogere loon. Dit kan zich voordoen als u gebruikmaakt van de Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW). Een eventuele uitkering in verband met de coronacrisis heeft hier geen invloed op;
  • deze goedkeuring geldt niet voor zover de omzet in het jaar 2019 of 2020 beïnvloed is door andere bijzondere oorzaken.

Betrokkenen konden deze goedkeuring zonder overleg met de inspecteur toepassen.

Overgang gebruikelijkloonregeling DGA 2020 – 2021

Ook in 2021 stijgt het gebruikelijke loon van een directeur-grootaandeelhouder. Vorig jaar was het standaardbedrag nog €46.000, maar in 2021 is dat €47.000. Het bedrag is bekend gemaakt in de tweede nieuwsbrief loonheffingen 2021.

De gevolgen van de coronacrisis houden echter aan en daarom heeft het kabinet besloten om de bijzondere regel van 2020 door te trekken naar 2021. De maatregel van 2020 wordt wel op twee punten aangepast:

  1. Het hele jaar weegt mee. Voor 2021 zal de omzet over heel het jaar 2021 worden vergeleken met de omzet over heel het jaar 2019. Hiermee beweegt de maatregel gedurende heel 2021 mee met de omzetontwikkeling van een onderneming, waardoor de maatregel altijd aansluit met de situatie van de onderneming op dat moment.
  2. Minimaal 30% omzetverlies. Er wordt een toegangsdrempel ingevoerd voor een minimum omvang van omzetverlies. Dit is voor andere coronasteunmaatregelen al gebruikelijk. De regeling voor 2021 staat open voor vennootschappen die in 2021 ten opzichte van 2019 ten minste 30% omzetverlies hebben geleden.

De overige voorwaarden die aan de goedkeuring worden verbonden, zijn vooralsnog vergelijkbaar met de regeling van 2020.

BAA ADVIES. Wordt het moeilijker om door corona-gerelateerd omzetverlies het gebruikelijk loon voor de DGA uit te keren? Check dan goed of u gebruik mag maken van de bijzondere regeling om uw loon evenredig aan uw omzet omlaag te zetten.

https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/12/corona-gebruikelijk-loon-DGA.jpg 200 300 Mirei Knapen https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Mirei Knapen2021-02-02 17:26:372021-12-01 17:29:22Corona en gebruikelijk loon van de DGA – hoe zit dat?

DGA opgelet: gebruikelijk loon steeds minder via afroommethode

2 juni 2017/in Artikelen /door Pieter van Lieshout

Onlangs werd nog eens door de rechter bevestigd dat de belastinginspecteur ten onrechte het gebruikelijk loon van een DGA had verhoogd op basis van de afroommethode. Wat moet u weten om te veel belastingbetaling te voorkomen?

Waarom alweer gebruikelijk loon?

DGA en gebruikelijk loon. Als DGA bent u ook werknemer bij uw eigen bedrijf. Heeft u een aanmerkelijk belang, dan geldt de gebruikelijk loonregeling. De gebruikelijk loonregeling houdt in dat u als aanmerkelijkbelanghouder wordt geacht een loon te krijgen dat normaal is voor het niveau en de duur van uw arbeid.

Waarom is dat alweer? Zoals u weet is loon progressief belast tegen maximaal 52%. Dividend is belast met 25%. Bij een loon van € 125.000, betaalt u ca. € 60.000 belasting. Als u nu echter € 45.000 loon én € 80.000 dividend ontvangt (samen ook € 125.000), betaalt u daar slechts ca. € 35.000 over. Het is op deze wijze dus veel voordeliger om uzelf minder loon en meer dividend toe te kennen. Reden voor de Belastingdienst om de gebruikelijk loonregeling in te voeren.

Jaar Gebruikelijk loon
2014 € 43.000
2015 € 44.000
2016 € 44.000
2017 € 45.000

Hoe bepaalt de Belastingdienst het gebruikelijk loon?

In artikel 12a van de loonbelasting wordt een rangorderegeling gehanteerd, het loon wordt gesteld op het hoogste van de volgende bedragen:

  1. 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking;
  2. het hoogste loon van de werknemers die in dienst zijn bij de desbetreffende BV of met de BV gelieerde (klein)dochter- of zustermaatschappijen;
  3. € 45.000.

Wat is de afroommethode?

DGA enige werknemer? De Hoge Raad heeft op 17 september 2014 de afroommethode voorgeschreven op het moment dat sprake is van een situatie waarbij de opbrengsten van de BV voor 90% of meer voortvloeien uit de door de directeur (DGA) verrichte arbeid. Dat is dus ook het geval als u als DGA de enige werknemer van uw BV bent.

Meer loon als DGA met personeel. De afroommethode berekent het gebruikelijk loon op basis van de door de vennootschap gemaakte omzet verminderd met de kosten, afschrijvingen en een winstmarge. Het restant werd dan als loon voor de DGA bestempeld. Hierdoor viel het gebruikelijk loon voor DGA’s zonder personeel vaak veel hoger uit dan voor DGA’s met ander personeel in hun onderneming.

Afroommethode werd veel toegepast. In de afgelopen jaren werd de afroommethode door de Belastingdienst veelvuldig toegepast. De methode was eenvoudig en leverde extra belastingopbrengsten op, maar niet iedereen was het daarmee eens en er volgden diverse rechtszaken.

Rechtspraak juni 2016: afroommethode minder toegepast!

Juni 2016. In de afgelopen jaren heeft de rechter al een aantal keren de Belastingdienst in het ongelijk gesteld bij het toepassen van de afroommethode. En in juni 2016 heeft ook de Hoge Raad geoordeeld dat de afroommethode niet zomaar mag worden toegepast.

Afroommethode niet zomaar toepassen. De Hoge Raad oordeelde dat de vergelijkingsmethode een hogere rangorde heeft dan de afroommethode. Alleen als er geen vergelijking mogelijk is tussen het salaris dat de DGA ontvangt en een werknemer (niet zijnde DGA) in een meest vergelijkbare dienstbetrekking, mag de Belastingdienst de afroommethode hanteren.

Drie voorbeelden ter verduidelijking

Voorbeeld 1

Loon werknemer meest vergelijkbare dienstbetrekking € 140.000
Loon van werknemer met hoogste loon in de BV € 90.000
Omzet van de BV minus kosten van de BV € 200.000
Loon DGA € 105.000 (75% van € 140.000)

Voorbeeld 2

Loon werknemer meest vergelijkbare dienstbetrekking € 58.000
Loon van werknemer met hoogste loon in de BV € 40.000
Omzet van de BV minus kosten van de BV € 200.000
Loon DGA € 45.000 (minimum)       

Voorbeeld 3

Loon werknemer meest vergelijkbare dienstbetrekking niet bekend
Loon van werknemer met hoogste loon in de BV € 135.000
Omzet van de BV minus kosten van de BV € 200.000
Loon DGA € 150.000 (afroommethode)
BAA ADVIES. Is uw gebruikelijk loon vastgesteld op basis van de afroommethode, dan betaalt u mogelijk (al jaren) te veel belasting. Als u aannemelijk kunt maken dat er voor een meest vergelijkbare dienstbetrekking een lager loon geldt, dan zou dit het uitgangspunt moeten zijn. U moet dit echter wel goed onderbouwen en documenteren. Uw BAA-adviseur helpt u hier graag mee en ook met een eventueel overleg met de Belastingdienst.

https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/12/dga-gebruikelijk-loon-afroomregeling.jpg 186 300 Pieter van Lieshout https://baa.nl/wp-content/uploads/2021/01/logo-1.png Pieter van Lieshout2017-06-02 18:00:332021-12-08 18:03:47DGA opgelet: gebruikelijk loon steeds minder via afroommethode

Categorieën

  • Vacatures (4)
  • Artikelen (282)

Laatste nieuws

  • Lof der zotheid: het energiedebat in de Tweede Kamer31 januari 2023 - 14:17
  • Administratieve topperAdministratief toptalent16 januari 2023 - 09:16
  • Het DGA-loon vanaf 1 januari 20236 januari 2023 - 09:55
  • Pensioen voor zzp’ers/ondernemers in de nieuwe pensioenwet6 januari 2023 - 09:21
  • DGA arbeidsongeschikt in 2023: wat nu?6 januari 2023 - 09:15
  • Veiligstellen jubelton voor 2023 en 20245 december 2022 - 12:36
  • Een vakantieauto van de zaak: geen, enkele of dubbele bijtelling?5 december 2022 - 11:40
  • Werknemers met werkstress en burn-out: antwoord op de meest gestelde vragen5 december 2022 - 11:35
  • Maak vóór 31 december ambtshalve bezwaar tegen box 3-heffing3 november 2022 - 08:33
  • Schenken woning: let op de vernieuwde waarderingsregels3 november 2022 - 08:22

Wat mogen we voor u ontcijferen?

Heeft u een concrete vraag of wilt u gewoon eens met ons kennismaken?
Wij kijken uit naar uw mailtje of telefoontje!

In onze nieuwsbrief delen onze professionals kennis en inzicht. Zo blijven onze klanten voorlopen op de feiten.

0493 - 69 52 98 info@baa.nl
Inschrijven nieuwsbrief
lid van Noab

Postbus 122
5720 AC Asten
Julianastraat 2
5721 GL Asten

Algemene voorwaarden | Privacy statement & cookies | Disclaimer

Scroll naar bovenzijde