De belangrijkste wijzigingen in de inkomstenbelasting in 2025
Op 17 december 2024 heeft de Eerste Kamer ingestemd met het Belastingplan 2025. Veel bedragen in de belastingwetten worden bijgesteld met een inflatiecorrectie van 1,2%, maar wat zijn de andere belangrijkste wijzigingen?
Box 1: algemeen
Dit is de box waarin het belastbaar inkomen uit werk en woning wordt belast. Tot en met 2024 kenden we hierin twee tariefschijven voor mensen die nog niet de AOW-leeftijd hadden bereikt en drie tariefschijven voor mensen die wel de AOW-leeftijd hebben bereikt. In 2025 komt er voor de belastingplichtigen jonger dan de AOW-leeftijd een schijf bij.
Jonger dan AOW-leeftijd | 2025 | 2024 |
Inkomen tussen 0 en € 38.441 | heffing 35,82% | 36,97% |
Inkomen tussen € 38.441 en € 76.817 | heffing 37,48% | 36,97% |
Inkomen boven € 76.817 | heffing 49,50% | 49,50% |
Vanaf AOW-leeftijd | 2025 | 2024 |
Inkomen tussen 0 en € 38.441 | heffing 17,92% | 19,07% |
Inkomen tussen € 38.441 en € 76.817 | heffing 37,48% | 36,97% |
Inkomen boven € 76.817 | heffing 49,50% | 49,50% |
In box 1 bestaan ook een groot aantal aftrekposten (onder andere de hypotheekrente). Het percentage waartegen een aantal van deze posten afgetrokken mogen worden is de afgelopen jaren gedaald en is voor 2025 37,48%.
Box 1: ondernemers(aftrek)
In 2025 daalt de MKB-winstvrijstelling naar 12,7%, deze was in 2024 nog 13,31%. Ook de afbouw van de zelfstandigenaftrek, al eerder in gang gezet, gaat door. In 2025 bedraagt deze nog maar € 2.470, in 2024 was deze nog € 3.750. Er is dus (iets) meer belasting verschuldigd over de winst uit onderneming.
Voorbeeld
2025 | 2024 | |
Winst | € 80.000 | € 80.000 |
Zelfstandigenaftrek -/- | € 2.470 | € 3.750 |
Winst na zelfstandigenaftrek | € 77.530 | € 76.250 |
MKB-winstvrijstelling -/- | € 9.846 | € 10.149 |
Winst voor belasting | € 67.684 | € 66.101 |
Belastingheffing | € 24.729 (30,91%) | € 24.438 (30,55%) |
Box 2: aanmerkelijk belang
U krijgt met box 2 te maken als u een aanmerkelijk belang bezit. Dit speelt voornamelijk als u meer dan 5% van de aandelen van een BV bezit. Over de winstuitkeringen uit deze BV (het dividend) én de winst bij verkoop van de aandelen moet u belasting betalen. Bij een dividend/verkoopwinst tot € 67.000 is de heffing 24,5% – daarboven gaat in 2025 een tarief gelden van 31%. Dit was in 2024 boven een bedrag van € 67.000 33%.
Sinds belastingjaar 2023 wordt er ook belasting geheven als de schuld aan de BV hoger is dan een x bedrag (de zogenaamde DGA-taks). Dit bedrag was per 31 december 2023 nog € 700.000, maar dit is per 31 december 2024 verlaagd naar € 500.000. Ook voor het jaar 2025 geldt het bedrag van € 500.000. Is de schuld aan de eigen BV hoger, dan wordt over het meerdere tot € 67.000 24,5% belasting geheven en 31% belasting over het restant.
Box 3: sparen en beleggen
Sinds de uitspraken van de Hoge Raad in december 2021 (het Kerstarrest) en juni 2024 kent box 3 twee systemen: 1. het wettelijk systeem op basis van de Wet Rechtsherstel en 2. het systeem van het Werkelijk Rendement. De Belastingdienst gaat bij het opleggen van (voorlopige) aanslagen uit van het wettelijk systeem, maar als de belastingplichtige kan aantonen dat het werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire systeem, moet de Belastingdienst belasting heffen op basis van het werkelijk rendement. Het formulier voor de tegenbewijsregeling op basis van werkelijk rendement wordt medio 2025 verwacht.
Binnen box 3 bestaan er drie categorieën vermogensbestanddelen die elk een eigen forfaitair rendementspercentage kennen:
2025 | 2024 | |
Banktegoeden | 1,44% (voorlopig) | 1,03% (voorlopig) |
Overige bezittingen | 5,88% (definitief) | 6,04% (definitief) |
Schulden | 2,62% -/- (voorlopig) | 2,47% -/- (voorlopig) |
De definitieve percentages voor 2024 worden in het eerste kwartaal van 2025 met terugwerkende kracht naar 1 januari 2024 vastgesteld. De definitieve percentages voor het jaar 2025 zijn pas in het eerste kwartaal van 2026 bekend. Hierdoor is het mogelijk dat de te betalen bedragen in box 3 hoger of lager kunnen worden dan volgens de opgelegde voorlopige aanslagen. Inmiddels is eind 2024 ook bekend geworden dat het nieuwe box 3-stelsel opnieuw met een jaar is uitgesteld. Nieuwe verwachte invoeringsdatum is 1 januari 2028.
Heffingskortingen
In de inkomstenbelasting kennen we onder andere de volgende heffingskortingen:
Algemene heffingskorting tot AOW-leeftijd
2025 | 2024 | |
Verzamelinkomen van 0 tot € 28.406 | € 3.068 | € 3.362 |
Verzamelinkomen tussen € 28.406 en € 76.817 | dalend van € 3.068 naar 0 | dalend van € 3.362 naar 0 |
Arbeidskorting tot AOW-leeftijd
2025 | 2024 | |
Arbeidsinkomen tot € 12.169 | 8,053% van arbeidsinkomen | 8,425% van arbeidsinkomen |
Arbeidsinkomen tussen € 12.169 en € 26.288 | oplopend van € 980 tot € 5.220 | oplopend van € 968 tot € 5.158 |
Arbeidsinkomen tussen € 26.288 en € 43.071 | oplopend van € 5.220 tot € 5.599 | oplopend van € 5.158 tot € 5.532 |
Arbeidsinkomen tussen € 43.071 en € 129.078 | aflopend van € 5.599 naar 0 | aflopend van € 5.532 naar 0 |
Een addertje onder het gras zit echter in de bepaling van het verzamelinkomen voor de algemene heffingskorting. Tot en met 2024 werd hierbij alleen rekening gehouden met het inkomen uit box 1. Vanaf het jaar 2025 is het verzamelinkomen het totaal van het inkomen uit box 1, box 2 én box 3.
Voorbeeld
Inkomen box 1 is € 40.000. Er vindt een dividenduitkering plaats van € 35.000 (box 2).
2024: de heffing over de dividenduitkering is in 2024 24,5%; de algemene heffingskorting is op basis van een inkomen van € 40.000 (box 1) een bedrag van € 2.356.
2025: door de wijziging van de bepaling van het verzamelinkomen in 2025, ontstaat door de dividenduitkering een verlaging van de algemene heffingskorting naar een bedrag van € 116. De heffing over het dividend is dan niet 24,5% maar bijna 31% (€ 8.575 + (€ 2.356-€ 116) = € 10.815: € 35.000). Dit komt overeen met het percentage over een dividend in de tweede schijf.
Als het box 1 inkomen echter al hoger is dan € 76.816, dan wordt een uitgekeerd dividend tot de eerste schijf (box 2) ook daadwerkelijk belast met 24,5% Hierdoor ontstaat de vreemde situatie dat DGA’s met een hoog box 1-inkomen (> € 76.816) minder box 2-heffing betalen dan DGA’s met een laag Box 1-inkomen (< € 76.816).
BAA ADVIES. Als voor u als ondernemer in 2025 alles hetzelfde blijft, zult u meer inkomstenbelasting moeten gaan betalen dan in 2024. Het blijft dus zaak om alle fiscale mogelijkheden optimaal te benutten. |